Hans is een heuse hang-oudere. Bijna dagelijks is hij te vinden op de hoek bij de Jumbo. Petje over zijn sluike grijze haren en bij regenachtig weer gehuld in een oranje veiligheidsjas. Ik schat hem rond de 70. Net als een paar andere oudere buurtmannen die ik geregeld door de straat zie scharrelen, is hij altijd alleen. Samen hangen is toch veel gezelliger… vraag ik me af. Hans zit een beetje kwajongensachtig op z’n rollator. Alsof hij met zijn houding wil aangeven dat het alleen maar voor de show is en hij dat ellendige ding eigenlijk helemaal niet nodig heeft. Vaak heeft hij een biertje in de hand en anders een sigaartje. Af en toe voert hij een, zo op het oog, geanimeerd gesprek met een voorbijganger. Vandaag was het mijn beurt.
Ik wenste hem goedemiddag in het voorbijgaan en hij vroeg me om 30 cent. Ik antwoordde: ‘Wat is dat nou voor bedrag?’ ‘Maar mevrouw’, zei Hans, wat moeilijk verstaanbaar vanwege zijn tandeloze mond. ‘Ik kan toch niet iedereen gelijk om 2 euro vragen?’ Ik zag zijn punt en deed een graai in mijn tas. Hans woont in een tehuis twee straten bij de Jumbo vandaan. ‘Het is er prima hoor’, zo vertelt hij, ‘maar ik hou weinig geld over voor mezelf, daarom vraag ik wat bij op straat; dat vinden ze daar wel goed.’ Omdat morgen zijn bewindvoerder op bezoek komt, wil hij wat lekkers in huis hebben. Nadat ik daaraan heb bijgedragen, wens ik hem – vertederd omdat hij zijn bewindvoerder een koekje bij de koffie wil geven – een fijne dag en loop weer door. Op de terugweg zie ik hem weer. Hans kijkt me aan alsof hij me voor het eerst ziet. ‘Heeft u 30 cent voor me?’ vraagt hij.
Hans is overigens niet zijn echte naam……
Reacties Gesloten